De boeren hebben er geen moeite mee om te protesteren, maar waar blijven de psychologen en psychiaters die hun woede ventileren over de achterlijke praktijken van de GGZ?
Misschien heeft het met de herfst te maken, maar van alle kanten krijg ik weer hulpverzoeken van mensen die zijn vastgelopen in de GGZ. De overgrote meerderheid heeft invoelbare, begrijpelijke klachten, die vooral gaan over een gebrek aan daadkracht en een bureaucratische mentaliteit bij de diverse instellingen.
‘Men overlegt heel veel, maar doet heel weinig’, zei de partner van een mevrouw die in een nare crisis is beland. ‘Ze vinden dat ze moet worden opgenomen, maar ze hebben zelf geen plek. We hebben gebeld naar een privékliniek, waar we fors voor moeten betalen, maar pas over drie weken kunnen we daar een intake krijgen. De criteria voor een gedwongen opname ontbreken.’
Columniste Roos Schlikker, die ruime persoonlijke ervaring heeft middels haar bipolaire moeder, schreef er zeer recent nog een vlammende column over.
Soms probeer ik tussen mijn gewone werk door te bemiddelen, en dat heeft ook weleens enig effect. Maar nog veel vaker haalt het helemaal niets uit: mensen in zware psychiatrische crisis worden ‘gewoon’ afgewezen, omdat ze te moeilijk zijn. Op basis van papieren informatie, niet na een persoonlijk gesprek. Ik vraag me echt af waarom je hulpverlener bent geworden als je die instelling voor laat gaan op de ouderwetse ‘menselijke maat’.
“Terwijl ieder mens het eigen geestelijk welbevinden zo’n beetje het belangrijkste vindt, maken we ons druk om het milieu. In de GGZ gaat het over het interne milieu van mensen. Kunnen we daar wat prioriteit aan geven?”
Psychologen en psychiaters zijn niet boos genoeg
Waar is in deze sector de moed gebleven? Waar is de bereidheid om iets te proberen, met inbegrip van de mogelijkheid dat het niet werkt? Ik heb nog nooit iemand ontmoet die zo gek was dat welwillende pogingen om te helpen niet werden gewaardeerd. Mensen begrijpen prima wat je wel en niet kunt bieden, als je het zorgvuldig uitlegt. Maar werken in de GGZ impliceert toch ook dat je de hulpvragers begeleidt naar de plek waar ze moeten zijn? En ‘crisis’ en ‘wachtlijst’ zijn toch onvergelijkbare grootheden? Dat je altijd vol zit betekent nog lang niet dat je het werk goed doet…
Nog steeds leven we in een van de meest welvarende landen in de wereld. Geld kan ‘dus’ het probleem niet zijn, lijkt me. Maar in plaats van eindeloos vergaderen moet er eens wat daadkracht getoond worden. De boeren hebben er geen moeite mee om te protesteren, maar waar blijven de psychologen en psychiaters die hun woede ventileren over de achterlijke praktijken van de GGZ?
Het moet nog wetenschappelijk worden bewezen, maar ik denk dat onbehandelde psychiatrische problematiek flink bijdraagt aan een te hoog stikstofgehalte. Dat schijnt een goed argument te zijn om er iets aan te doen… Terwijl ieder mens het eigen geestelijk welbevinden zo’n beetje het belangrijkste in zijn/haar bestaan vindt, maken we ons druk om het milieu. In de GGZ gaat het over het interne milieu van mensen, kunnen we daar wat prioriteit aan geven s.v.p.?
Lees de originele column en reacties op Joop.nl
Reacties