Tot de ongeschreven regels van de psychotherapie behoort zeker ook een taboe op fysiek contact.
Seksuele handelingen zijn expliciet uit den boze, en terecht, maar meer dan een handdruk is ook al snel verdacht binnen de reguliere ggz-kaders. Toch denk ik dat het een gemiste kans is om elkaar binnen een therapeutische werkrelatie ook af en toe aan te raken.
Een arm om de schouder van iemand die intens verdrietig is heeft vaak veel meer waarde dan goedbedoelde woorden, hoe empathisch ook.
Mijn grote inspirator Jan Foudraine noemde de ontmoeting met de mensen waar hij mee werkte (‘ik behandel geen patiënten’) zelfs een liefdesrelatie. Ik moest daar even aan wennen, vooral vanwege de associatie met seks die onwillekeurig op de loer ligt.
“Maar inmiddels ben ik het volmondig eens: liefde is de drijvende kracht achter succesvolle therapie.”
Als ik liefde voel voor de man of vrouw die mijn hulp inroept ben ik op mijn best. En aan het eind van een intensief, intiem en emotioneel gesprek is het zo’n passende afronding om even te ‘huggen’. ‘Knuffelen’ vind ik toch een beetje te klef klinken. Het is elkaar even stevig beetpakken, non-verbaal contact, goed voor beide gesprekspartners.
Ik ervaar het vaak als ontlading, en heb het ook steeds meer nodig als tussenstap naar een volgende ont-moeting. Hoe goed het hardlopen me ook nog af gaat, therapiegesprekken zijn ook lichamelijk inspannend en vermoeiend. Toen ik volledig vanuit mijn hoofd werkte vond ik tien klanten op een dag geen enkel probleem, nu is drie of vier mensen spreken al een intense ‘werk’-dag
De fameuze relatietherapeut David Schnarch, ook zo’n groot voorbeeld, vroeg stellen die hij in therapie had vaak ‘hugging till relaxed’ te oefenen. Weet je hoe lastig dat is? Gelijktijdig ontspannen in een omhelzing, ga het maar eens proberen.
Inmiddels is het in mijn praktijkje zo ver dat de mensen waar ik mee werk vaak niet beter meer weten dan dat we afsluiten met een ‘hug’. En dat zegt dan iemand die zich een paar jaar geleden nog hardop ergerde aan mannen die elkaar vriendschappelijk knuffelen. Nu ik mezelf echt veilig en betrouwbaar vind durf ik het ook pas echt aan.
De mooiste ervaring heb ik met een jonge vrouw, die totaal emotioneel geblokkeerd is geraakt. Aan het einde van onze gesprekken, die haar steeds meer raken, bel ik altijd de lift. En terwijl die onderweg is geef ik haar een hug. Het begon met groot ongemak van haar kant, maar stiekem waardeert ze het steeds meer. Het is totaal veilig voor haar: als de liftdeuren opengaan stopt het hoe dan ook. De laatste keer dat dit ritueel plaatsvond was er een mooi moment: de lift arriveerde, en zij zei: ‘Is-ie er al?’
Lichaamswerk in de eenvoudigste gedaante, I love it!
Goedenavond meneer Bakker, met heel veel belangstelling heb ik uw stuk over een knuffel gelezen, ik ben net als mijn broers en zus zowel lichamelijk als geestelijk mishandeld door mijn moeder, we zijn liefdeloos en met veel geweld opgegroeid, ik ben uiteindelijk in een pleeggezin terecht gekomen waar ik voor de tweede keer werd misbruikt, ik weet niet wat ik lastiger vindt knuffels geven of ontvangen maar beide gebeuren maar heel zelden, uit angst afwijzing of mijn lage eigen waarde ik weet het niet. Ik vraag mij nu af of u iets voor mij kan betekenen want ik wil er wel graag iets mee, ik durf niet eens mijn kleinzoon te knuffelen, graag verneem ik van u of er een therapie is die mij hiermee kan helpen, met vriendelijke groet, Anja Winkel