Drie jaar geleden stond er in de Volkskrant een recensie van mijn hardloopboek ‘Ultra’. ‘Hij hoeft niet zo nodig meer te presteren. Hij is niet meer op de vlucht’ stond er onder andere.

Gerard Nijboer, Nederlands succesvolste marathonloper aller tijden, vertelde me een anecdote in dezelfde lijn: in zijn toptijd werkte hij ook nog in de psychiatrie. De psychiater van zijn team vroeg hem: ‘Gerard, waar loop jij zo hard voor weg?’

Binnenkort ga ik hem spreken. Is herkenning het onbewuste motief achter de sympathie die ik altijd heb gevoeld voor deze topatleet?

In mijn eigen proces ben ik een paar jaar verder. Ik ren nog steeds, en veel. Dit weekeinde start ik op Texel, voor een ronde van zestig kilometer over het eiland. Als ik dat haal. Het hoeft niet, ik ga voor de ervaring.
Hardlopen is nog altijd mijn eigen recept tegen ADHD. Ik ren de deur uit en na twintig meter wordt mijn hoofd al rustig. Zal wel een placebo-effect zijn, maar het doet me zo’n goed…

Vroeger deed ik mezelf pijn tijdens het rennen. Ik beulde mezelf af, vierde frustraties over mijn moeizame leven bot op mijn lichaam. Nooit rende ik rustig, op gevoel, altijd bepaalden de tijden op mijn sporthorloge het tempo. In iedere training een persoonlijk record, was het heimelijke doel. Dat kan natuurlijk niet, maar ik streefde naar het onmogelijke. Honderden pogingen deed ik om een rondje Vondelpark te voltooien binnen tien minuten. Dat kon mijn lichaam niet, maar mijn hoofd bleef het koppig proberen…

“Je kunt ook anders hardlopen: met al je zintuigen open, in volle verbinding met de omgeving en de mensen om je heen.”

Ik werk momenteel met een jonge vrouw, met een zeer traumatisch verleden. Ze automutileert, en niet weinig ook. Haar armen en benen zitten onder de littekens, vaak moet ze zich laten hechten. Ik ben niet zo beschadigd als zij, en verder dan uit frustratie met mijn hoofd tegen de muur bonken is het ook nooit gegaan, maar ineens zag ik deze week de overeenkomst: mijn rennen was een vorm van zelfkastijding, een kromme manier om te dealen met de emotionele pijnen die me parten speelden. Lichamelijke pijn is niets vergeleken bij emotionele pijn, zullen de meeste ervaringsdeskundigen bevestigen. Een marathon lopen stelt niets voor, vergeleken met je afgewezen voelen door iemand die voor jou van groot belang is, iemand waarvan je hoopt dat zij (meestal, in mijn geval) onvoorwaardelijk van je houdt…

Je kunt ook anders hardlopen: met al je zintuigen open, in volle verbinding met de omgeving en de mensen om je heen. Puur op je gevoel, luisterend naar het lichaam dat aangeeft welk tempo het lekker vindt. Dat klinkt gemakkelijker dan het is. Ik deed al een training in chirunning om me er in te bekwamen. Of ik zestig kilometer voltooi laat ik open, en gek genoeg zegt mijn gevoel dat je met die instelling de meeste kans maakt de hele afstand te voltooien.

Mijn lichaam zal onderweg wel pijn gaan doen, maar niet meer om de aandacht weg te leiden van een andere, emotionele pijn. Ik hoop op een zuivere ervaring, contact met mijn lijf, puur en ongefilterd. Of het lukt?

Laten we Cruijff nog maar eens parafraseren: ‘Simpel hardlopen is het moeilijkst’

 

 

Blijf-Beter!Welkomsgeschenk

Meld je vandaag nog aan voor Bram's maandelijkse nieuwsbrief en ontvang zijn boek Blijf Beter! (in pdf).

Mis 'm niet!