Bram is vaste columnist voor gezondheidsplatform ‘Meer over medisch’. Hieronder zijn column

Een van de meest zieke patiënten die ik ooit heb gehad leed aan een ernstige psychose, jarenlang. Hij had bizarre wanen, hij hallucineerde alsof hij midden in een zware LSD-trip zat, hoorde doorlopend stemmen en maakte vrijwel continu onnavolgbare bewegingen en gebaren. Het was verschrikkelijk, ik kon het bijna niet aanzien. Hij had ongeveer alle symptomen van ‘klassieke’ schizofrenie, zoals ik die ooit in mijn opleiding leerde. Nu wordt het een ‘schizofreniespectrumstoornis’ genoemd, of ‘psychosegevoeligheid’, maar aan de conclusie dat de man een ernstige hersenziekte had zullen weinigen durven twijfelen.

Jaren voordat hij zo ziek werd verbleef hij een aantal malen in een verslavingskliniek, vanwege een zeer ernstige verslaving aan diverse drugs. Dat heet nu een ‘stoornis in het gebruik van middelen’. Cocaïne, speed, cannabis, GHB, partydrugs: hij gebruikte alles door elkaar en in grote hoeveelheden. Ook dit drugsprobleem kunnen we beschouwen als een ernstige ziekte.

Moeder

Zowel de man zelf, voor zover daartoe in staat, als zijn familie vroegen zich af wat het verband was tussen de psychose en de verslaving. Het werd in ieder geval niet betwijfeld dat er een verband was. Ook zocht men een deel van de verklaring in het traumatische verlies van zijn moeder, toen hij nog jong was.

Zelf betwijfel ik het verband: de psychose kan door de drugs veroorzaakt zijn, of tenminste deels, maar bij een drugspsychose gaat het meestal voorbij op het moment dat de middelen zijn uitgewerkt. En dat was hier zeker niet aan de hand: hij bleef psychotisch tot lang na zijn laatste drugsgebruik.

Het omgekeerde is evengoed mogelijk: zijn drugsgebruik kan te maken hebben gehad met een psychosegevoeligheid die hij al had. Niet zelden gebruiken psychotische mensen drugs als een vorm van zelfmedicatie (die meestal niet helpt).

“Jaren geleden was er een sterke neiging om ieder psychisch probleem eerst en vooral als een hersenziekte te labelen. Dat is gelukkig wat minder geworden.”

En dan hebben we nog het trauma, waar je alle kanten mee uit kunt: het kan aanleiding zijn tot drugsgebruik, het kan resulteren in psychose, en allebei is ook mogelijk. Maar de meeste mensen die trauma’s hebben moeten meemaken worden nooit zulke complexe psychiatrische patiënten als deze man, dus aanleg speelt ook nog een moeilijk definieerbare rol…

Neiging

De cruciale vraag die in bovenstaande casus naar voren komt is die naar de causaliteit: wat is kip, en wat is ei? Daar kunnen wij psychiaters eindeloos over discussiëren, zonder dat er een expert bestaat die met doorslaggevende argumenten komt.

Jaren geleden was er een sterke neiging om ieder psychisch probleem eerst en vooral als een hersenziekte te labelen. Dat is gelukkig wat minder geworden. Want gestoord gedrag kan evengoed voorafgaan aan veranderingen in het brein. Kip of ei dus. Maakt het iets uit voor ons werk? Hopelijk niet. We moeten proberen iedere patiënt zo goed mogelijk te behandelen, ook al hebben we soms geen idee waar de klachten vandaan komen.

Foto: Pixabay

 

Deze column werd oorspronkelijk gepubliceerd op Meer over Medisch.

 

 

Blijf-Beter!Welkomsgeschenk

Meld je vandaag nog aan voor Bram's maandelijkse nieuwsbrief en ontvang zijn boek Blijf Beter! (in pdf).

Mis 'm niet!